Europese wetenschappers presenteren visadvies voor 2020
Vrijdag 28 juni, Den Haag – Vandaag presenteren Europese wetenschappers de jaarlijkse vangstadviezen voor de Noordzee en wordt er geadviseerd hoeveel er het komende jaar van iedere vissoort veilig kan worden weggevist. Ook dit jaar blijkt weer dat de bijvangstsoorten als kabeljauw en zeebaars, de zogenaamde rondvis, het loodje leggen tegen meer commerciële soorten als tong en schol.
Voor kabeljauw [1] wordt dit jaar een vangreductie van maar liefst 70% voorgesteld, waarmee het vangstadvies komt te liggen op bijna 10.500 ton. Kabeljauw leek een aantal jaar de weg naar herstel te hebben teruggevonden, maar het herstel heeft niet doorgezet en er is te vroeg gejuicht: Het bestand is momenteel ernstig bedreigd. Ook zeebaars zit als visbestand nog in de knel. Wetenschappers adviseerden al een aantal keer op een rij een nulvangst, echter kon er sinds vorig jaar weer een minimaal aantal kilo gevangen worden. Dit jaar kan er wederom een kleine hoeveelheid, bijna 8%, meer worden gevangen dan vorig jaar, maar het visbestand laat nog geen tekenen van herstel zien en is nog altijd zwaar overbevist.
“De status van deze visbestanden is zorgelijk, juist ook nu de wettelijke deadline om overbevissing te beëindigen steeds dichterbij komt” aldus Sharon Becker, campagne coördinator van Our Fish in Nederland. Alle Europese lidstaten hebben zich gecommitteerd aan een wet die overbevissing in 2015 moes stoppen. Uitstellen was alleen mogelijk met een gegronde economische reden en alleen tot uiterlijk in 2020. “Een half jaar voor de absolute deadline moeten er nog grote stappen worden gemaakt om te zorgen dat overbevissing ook voor kwetsbare bijvangstsoorten beëindigd wordt”.
Waar is de grote vis?
Opmerkelijke is dat de grote vis van een aantal visbestanden steeds verder uit het bereik van de Nederlandse vissers lijkt te liggen. Zo heeft het scholbestand [2] een all-time record gehaald met een biomassa van meer dan 1 miljoen ton, maar de meest vangbare schollen, van groot formaat, lijken steeds meer bij Noorwegen te zitten, waardoor een echte verruiming van het vangstadvies toch achterwege blijft. Ook is het de vraag waar de grote kabeljauwen zijn gebleven in de wetenschappelijke vangstgegevens. De precieze reden hiervan is onduidelijk, mogelijk komt het door klimaatverandering, waardoor de vis meer naar het noorden trekt. Hierdoor is juist extra voorzichtigheid geboden bij de Noordzeevisbestanden en dus noodzakelijk om de wetenschap te volgen in de adviezen voor veilige visvangst.
Opvolgen wetenschappelijk advies
In november en december dit jaar wordt in het Noorse Bergen en in Brussel onderhandeld over het uiteindelijke visquotum. Om de geadviseerde wetenschappelijke quota op te kunnen volgen moet er in de praktijk ook een slag worden gemaakt naar meer selectieve visserij. Dat is nodig, omdat de 300 Nederlandse vissersboten nog merendeels met schadelijke en niet-selectieve bodemsleepnetten vissen. “Alleen door middel van politieke wil om overbevissing te beëindigen en het starten van een transitie naar écht selectieve visserij kunnen we de Noordzee weer gezond maken”, aldus Sharon Becker.
Contact:
Rebecca Hubbard, Our Fish Program Director, rebecca@our.fish +34 657669425
[1] http://www.ices.dk/sites/pub/Publication%20Reports/Advice/2019/2019/cod.27.47d20.pdf
[2] http://www.ices.dk/sites/pub/Publication%20Reports/Advice/2019/2019/ple.27.420.pdf